Felipe heeft ons warm ontvangen en had zijn eigen slaapkamer voor ons klaargemaakt. Zijn langharige kat Freya was daar minder blij mee, want die mocht nu van Vincent niet meer op de slaapkamer komen.

Ondertussen was het 10 uur 's ochtends, en hebben we met z'n drieën bij een cafeetje om de hoek ontbijt gegeten en koffie gedronken. Buiten op het terras, want het was heerlijk in het zonnetje! Blijkbaar is het hier toch niet zo erg winter als we dachten. Daarna heeft Vincent nog even gedoucht om de rest van de dag wat frisser door te kunnen brengen.

Vervolgens heeft Felipe ons Santiago laten zien, te voet. De meeste tijd brengen we door op Cerro Santa Lucia, een heuvel midden in de stad waar een park en mausoleum voor de ontdekker van de stad is aangelegd. Zo hebben we redelijk uitzicht op de stad. Het lijkt mistig, maar helaas is het smog. Veel oude auto's en idunstrie, gecombineerd met weinig wind en ingeklemd liggen tussen bergen.

Hierna zijn we toch wel moe, zeker gezien Vincent al niet helemaal fit was. Dus terug bij Felipe thuis doen we even rustig aan en kan ik ook even douchen. Voor het avondeten er toch weer op uit, dat doen ze hier pas vanaf 20.00. We strijken neer bij een Peruaans restaurant. Vincent en ik gaan allebei voor geroosterde eendenbout gemarineerd in bier. De Peruaanse uitbater is erg teleurgesteld dat we het niet op krijgen, helemaal als Vincent dan ook nog het speciale toetje van 10 lagen&smaken pisco (Chileense/Peruaanse sterke drank) afslaat en zijn bestelde toetje ook niet opkrijgt. (Ik kreeg mijn eten ook niet op hoor, maar de meneer rekende het Vincent vooral zwaar aan.) Daarna terug naar huis en de jetlag wegslapen.

De volgende ochtend, zondag, moesten we ook buitenshuis ontbijten: Felipe had niks in huis en drinkt meestal alleen koffie 's ochtends. Maar op zondag zijn de meeste gelegenheden gesloten. Uiteindelijk had Vincent er één op Google Maps gevonden die hem beviel. Het bleek nu anders te heten maar was wel open. Een heel gezond zaakje met zeer uitgebreide ontbijten: eerst soep, dan brood met linzenhummus, en vervolgens per persoon een dienblad vol met minstens 5 soorten fruit, twee soorten kaas, avocado voor mij en 2 soorten vlees voor de heren, yoghurt met granola en dan vergeet ik vast nog dingen. Hierna voelden wij ons zeer gezond en klaar voor weer een dag rondsjouwen.

Eerst naar het park langs de rivier, met papegaaien in de bomen. De grote weg die erlangs loopt was afgesloten voor auto's en werd nu gretig gebruikt door wandelaars, hardlopers, fietsers en skaters, mogelijk in grotere getale vanwege het lekkere weer. Blijkbaar hebben ze sinds een paar jaar elke zondag autovrije wegen (tot 14.00) zodat die voor dit soort dingen gebruikt kunnen worden. Daarna zijn we naar de veel hogere heuvel aan de rand van de stad gelopen. Daar is een soort bergtreintje op rails en een hangend kabeltreintje (de laatste gesloten voor onderhoud) om omhoog te gaan. Op die heuvel is de dierentuin, en daarboven een metershoog Mariabeeld, daarachter een groot park. Dus daar hebben we onder het Mariabeeld van het uitzicht genoten (ondanks de smog). Na enige deliberatie besloten om weer terug richting huis te gaan, en dat was verstandig, want we zijn nog steeds een beetje jetlaggend. Na even uitrusten hebben we Thais besteld.


Op maandagochtend moest Felipe weer aan het werk. Wij waren iets langzamer dan bedoeld, maar uiteindelijk zaten we in de auto richting Maipo, dat is vanuit Santiago richting de Andes in het oosten. Daar hadden we een wandelroute uitgezocht. Dus heeft Vincent ons de bergen in gereden, uiteindelijk een heel stuk over een onverharde weg en verscheen er sneeuw op de hellingen om ons heen. Het was toch iets verder en langzaamer dan we dachten, maar uiteindelijk ergens na 14.00 waren we zo ver de berg op als we konden komen. Naast ons was een wagen met stoer en ervaren uitziende avonturiers, die zich ook aan het optuigen waren. Met kampeergerei, klimhamers en helmen! Maar ik had de hikestokken van Jan en Maria, handschoenen en onze goede wandelschoenen en tassen. Net voor 15.00 begonnen we aan onze wandeling/hike tegen de besneeuwde heuvel op, nog voor de groep avonturiers, met het idee: we zien wel hoe ver we komen voor we moe zijn. Het eerste stuk was steil, en ik had een gigantisch volle blaas. Op ongeveer de top van de klim (dat wisten we toen nog niet) heb ik een mooie steen uitgezocht om m'n plasje achter te doen. Net op tijd, want toen kwam de groep avonturiers eraan, ogenschijnlijk zonder moeite de steile helling trotserend, die ik met veel zwoegen had veroverd. Daar heb ik ook de sneeuw-/ijs-onderbind-zolen-met-spikes, die ik van mijn moeder had gekregen afgelopen winter, aan mijn uitrusting toegevoegd. Daarna ging het een stuk beter, ook omdat het daarna weer naar beneden ging en minder steil was. De avonturiers hadden we voor laten gaan, en die namen even later een afslag van het pad af, en ook het mijnwerkerskamp hadden we achter ons gelaten. Dus de vallei hadden we voor onszelf, en de stilte werd alleen gevuld door het ruisen van het smeltwater. Nadat de zon achter de berg was verdwenen kwamen we bij het einde van het pad, maar de gletsjer was nog niet te zien. Dus zijn we nog een stukje verder gegaan door de nauwelijks bewandelde sneeuw: Vincent voorop, want omdat ik dieper wegzakte had ik het al een beetje opgegeven. Uiteindelijk was in de verte de gletsjer te zien, en konden we met voldaan gevoel de terugtocht aanvaarden, met verhoogd tempo om niet door het donker overvallen te worden. Op het laatst werd het, natuurlijk, heel snel donker en konden we de laatste stralen zon op de helling aan de overkant over het landschap zien glijden. En toen had ik wel bibberende beentjes van de inspanning. Had ik al gezegd dat ik dankbaar ben dat Vincent in de bergen, en in de stad zo makkelijk rijdt?

De rit naar huis was meer dan twee uur, maar leverde ons nog wel een vos op ons pad op. Thuis zijn we met Felipe meteen doorgegaan naar een restaurant.